Walraven en de Knoop in zijn Buik
In het diepe bos, waar de varens zo zachtjes fluisterden en de avond als een zilveren deken over de boomtoppen gleed, stampte Walraven nog rond in zijn hut van takken. Hij was een jonge stegosaurus met helderblauwe platen en grote, vriendelijke ogen, maar vandaag voelden die ogen een beetje bewolkt. Zijn staart zwiepte heen en weer, niet van plezier, maar van een onrustig gevoel. Hij had die middag een hele mooie brug gebouwd van gladde stenen en ruwe boomschors, de mooiste brug ooit! Alleen… niemand had hem nog gezien.
Binnen in de hut, waar het heerlijk rook naar gebakken moskoekjes, was het een gezellige boel, maar ook een beetje druk. Mama, een grote beige stegosaurus met een lieve glimlach, was druk bezig met Ravenna in bad. Ravenna, een kleine stegosaurus met vrolijke paarse platen, zong uit volle borst: “SCHUIM OP M’N STAARTJE!” terwijl ze spetters in het rond slingerde. Papa, een grote bruine stegosaurus, probeerde de houten blokken van vanmiddag in de mand te krijgen, maar ze vielen steeds weer om met een hoop lawaai. En bovendien, dacht Walraven, hoorden die blokken niet in die mand, maar in de doos ernaast! Erg irritant, vond Walraven. Zijn maag voelde als een knoop. Niet van honger, maar van iets wat gebeurde bij de modderpoel vanmiddag. Iets geks. Iets… stoms.
“Kom je tandenpoetsen, Walraven?” vroeg Papa, zijn grote, vriendelijke kop om de deur stekend.
Walraven fronste. Hij wilde het vertellen, die knoop in zijn buik, maar de woorden zaten als stenen vast in zijn keel. “Ik moet eerst… eh… iets bouwen,” mompelde hij snel, en voor Papa antwoord kon geven, rende hij weer naar buiten.
Papa zuchtte, zacht, maar Walraven hoorde er een vleugje spanning in. “Nog één minuutje dan,” riep Papa hem na.
Die minuut was snel om. Véél te snel. Walraven dook achter een grote, brede struik. Daar kwam Papa al, zijn grote poten klonken zachtjes op de bosgrond.
“Walraven… ik tel tot vijf.”
Walravens lijf werd heet vanbinnen. Hij stampte met een poot. “IK WIL NIET POETSEN!” riep hij ineens, en rende weg, zijn blauwe rugplaten wiebelend door de haast.
In de keuken begon Ravenna alweer te dansen in haar handdoek, zingend over tandpastabellen en monsters met schone kiezen. Mama haalde haar wenkbrauwen op en gaf een zachte handdoek aan Papa. Walraven zat nu diep verstopt achter de grootste varen in de tuin. Zijn poten tintelden. Hij voelde zich wild en klein tegelijk. Alsof zijn lijf te vol zat van iets wat hij niet snapte.

Na een tijdje hoorde Walraven zachte stappen. Geen boze stappen. Geen snelle stappen. Gewoon… heel rustig. Papa kwam naast hem zitten, stil. Hij zei niks.
Walraven friemelde aan een grassprietje. De grote, zilveren maan klom net over de heuvel en liet zacht licht op de varens vallen. Het was zo stil. Zo rustig. De knoop in Walravens buik begon een heel klein beetje losser te worden.
“Er gebeurde iets bij de poel,” zei hij toen, zijn stem zacht als een zuchtje wind. “Met Erik. Ik moet niet meedoen met zijn toren. Ik wilde het niet.”
Papa knikte. Zijn ogen waren vriendelijk in het maanlicht. “Dat voelde niet fijn, hè?” vroeg hij zachtjes.
Walraven schudde zijn hoofd. Zijn ogen prikten een beetje. “Ik had een heel goed idee voor zijn toren, een súper idee, maar hij wilde niet luisteren. Helemaal niet.”
“Sjonge, dat klinkt behoorlijk jammer,” zei Papa. Hij schoof een beetje dichterbij en legde zijn grote, warme staart zachtjes tegen die van Walraven aan. Walraven voelde de warmte en een heel klein beetje van de knoop verdween. “Ik kan me voorstellen dat je je daar rot van voelde. Als je zo’n mooi idee hebt en niemand luistert, dat is verdrietig.”
“Maar soms, als iets pijn doet vanbinnen, dan komt het er wild uit,” ging Papa verder. “Of boos. Of met ren-energie, omdat je niet weet wat je anders moet doen met al dat gevoel.”
Walraven zuchtte diep. Zijn lijf voelde een beetje minder vol. De knoop was er nog, maar hij was kleiner. En zachter. Hij voelde zich begrepen.
Dan zei hij, bijna fluisterend: “Ik wil eigenlijk wél poetsen. Maar nu rustig.”
Papa glimlachte. “Dat is goed, mijn lieve Walraven. Dat is heel goed.”
En samen, onder het zilveren maanlicht, liepen ze rustig naar binnen. Ravenna lag al in haar bedje. Ze sliep met één been buiten de deken, haar pop stevig op haar buik. Walraven kroop onder zijn zachte varen-deken. Hij fluisterde nog iets, zo zachtjes dat alleen Papa het kon horen: “Ik vond het fijn dat je even niks zei.”
Papa knikte. En Walraven viel in slaap, met een hart dat een niet meer zo in de knoop zat, en een hoofd vol zachte dromen.

The End

What is Scarlett Panda?
We use AI to create magical, personalized stories for your kids in seconds.
- Starring them, their friends, and even their favourite toys.
- Explore any topic, from dinosaurs to detectives.
- Ready in seconds, perfect for bedtime.